Als belastingplichtige moet u uw wereldwijde inkomen aangeven voor de personenbelasting. Ook onroerende inkomsten vallen hieronder. Sinds kort wordt vastgoed in het buitenland gelijk behandeld als vastgoed in België. Een direct gevolg daarvan is dat u buitenlandse onroerende goederen nu verplicht moet registreren om het kadastraal inkomen te bepalen.
1) Waarover gaat dit?
Bezit u vastgoed in het buitenland met een privébestemming? Dan zult u vanaf dit jaar
vak III in de aangifte voor uw personenbelasting anders moeten invullen. Tot aanslagjaar 2021 moest u daar de werkelijke huurinkomsten (als u het pand verhuurt) of de werkelijke huurwaarde (als u het niet verhuurt) ingeven. Vanaf nu is dat gewoon het niet-geïndexeerd kadastraal inkomen (KI). Net zoals bij vastgoed in België dus met een privébestemming.
Om dat KI van uw vastgoed in het buitenland te kennen, moet u sinds 1 januari 2021 dat vastgoed
verplicht aangeven bij de Administratie Opmetingen en Waarderingen (vroeger bekend als 'het Kadaster').
2) Wat was het probleem?
België behandelde vastgoed
voor particulier gebruik in het buitenland fiscaal anders dan vastgoed in het binnenland. In België wordt het belastbaar onroerend inkomen bepaald aan de hand van het kadastraal inkomen (KI). Maar in het buitenland gebeurde dat tot voor kort op basis van de werkelijke huurinkomsten, simpelweg omdat het KI van dat onroerend goed nooit is vastgesteld door de Belgische staat. In de praktijk levert die buitenlandse methode meestal een veel hogere belastbare grondslag op. Ons land werd daarvoor
veroordeeld door het Europees Hof van Justitie.
Voor alle duidelijkheid: in de meeste gevallen zal de Belgische staat het onroerend inkomen uit buitenlands vastgoed niet belasten in België als dat al in het buitenland werd belast. België heeft met veel landen belastingverdragen afgesloten om die dubbele belasting te vermijden (zie ook onze blog over het
nieuwe dubbelbelastingverdrag met Frankrijk). U moet die buitenlandse onroerende inkomsten echter wel aangeven omdat de Belgische fiscus die
mee in rekening brengt om uw progressief belastingtarief te bepalen (van 25 tot 50%). Dat onroerend inkomen uit het buitenland kan er dus voor zorgen dat u in een hogere belastingschijf terechtkomt, zodat u uiteindelijk meer belastingen betaalt op al uw inkomsten die wél in België belastbaar zijn. De nieuwe berekening op basis van het KI is voor u als belastingplichtige dus wellicht voordeliger.
3) Waarom is dat belangrijk voor u?
Bezat u voor 1 januari 2021 al vastgoed in het buitenland en vulde u uw onroerend inkomen hiervan al plichtsgetrouw in op uw aangifte van de personenbelasting? Dan kreeg u vorig jaar wellicht al een bericht van de Administratie Opmetingen en Waarderingen om aangifte te doen van dat vastgoed. Dat heeft u intussen ongetwijfeld al in orde gebracht.
Heeft u pas onlangs vastgoed in het buitenland verworven? Weet dan dat u hiervan vanaf nu altijd
spontaan aangifte moet doen binnen de 4 maanden na het tekenen van de notariële akte. Zo kan de belastingadministratie het KI bepalen. Ook als u later verbouwingswerken uitvoert moet u dat aangeven. Dat geldt ook als u het vastgoed weer verkoopt of wegschenkt.
Bent u
recent Belgisch rijksinwoner geworden en bezit u vastgoed in het buitenland? Dan moet u dit eveneens kenbaar maken aan de Belgische staat. Alleen krijgt u in dat geval
slechts 30 dagen de tijd.
Doet u dat niet of niet tijdig, dan volgen er
sancties. De fiscus kan u een administratieve geldboete opleggen van minimum 250 euro tot maximaal 3.000 euro.
4) Wat moet u onthouden?
Verwerft u vastgoed in het buitenland voor particulier gebruik, dan moet u dat voortaan aangeven. Dat kan het snelst via uw
MyMinfin-omgeving. Goed om weten: bezit u een goed in gemeenschap met uw partner, dan moet u elk apart een aangifte indienen.
Het kadastraal inkomen (KI) is na online aangifte meteen beschikbaar op MyMinfin in de rubriek ‘Mijn onroerende gegevens raadplegen’. Dat (niet-geïndexeerd) KI vult u vanaf aanslagjaar 2022 in op de aangifte van uw personenbelasting.
